Kinderalimentatie en verdiencapaciteit

l.scheepens • August 2, 2025

fulltime in plaats van parttime redelijk?



Kinderalimentatie en verdiencapaciteit

Kinderalimentatie wordt vastgesteld op basis van behoefte en draagkracht. Beide ouders zijn onderhoudsplichtig en de wederzijdse draagkracht bepaalt hoe hoog de bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van een kind zal zijn. De verdeling van de zorg is een factor die terugkomt in de draagkrachtberekening. De draagkracht hangt af van het inkomen. meestal is dat het inkomen dat iemand daadwerkelijk verdient, maar soms wordt er rekening gehouden met een hoger inkomen, als het inkomen hoger zou kunnen zijn. Gesproken wordt in dat verband van het redelijkerwijs te verdienen inkomen. De rechtbank kan bijvoorbeeld rekening houden met een hoger (fictief) inkomen wanneer er sprake is van verwijtbare werkloosheid en het inkomensverlies voor herstel vatbaar is. Maar wat nu wanneer iemand minder werkt dan hij/zij zou kunnen werken?

Het gerechtshof Den Bosch heeft op 8 juni 2023 ( ECLI:NL:GHSHE:2023:1876 ) een uitspraak gedaan tussen twee ouders die op basis van co-ouderschap voor hun kind zorgen. De man betaalt kinderalimentatie aan de vrouw. Hij werkt fulltime en zijn inkomen is hoger dan dat van de vrouw. Zij heeft eenparttime dienstverband in de zorg voor gemiddeld 20 uur per week. Zij heeft erbewust voor gekozen alleen te werken wanneer de zoon van partijen in het kader van de zorgregeling bij zijn vader is en onder schooltijd. Het Hof is echter van oordeel dat aan de vrouw een hogere verdiencapaciteit kan worden toegerekend dan het inkomen dat zij daadwerkelijk heeft.Het hof neemt hierbij in aanmerking dat de vrouw er gelet op het bestaan van de co-ouderschapsregeling, waarbij de man ook fulltime werkt, en het feit dat het in de huidige samenleving goed mogelijk is om werk en ouderschap te combineren, van de vrouw kan worden verwacht dat zij haar arbeidsuren verder uitbreidt naar 28 uur per week. Het blijft bij 28 uur omdat de vrouw naast haar werk een LOI-studie tot verzorgende IG volgt en op die manier haar mogelijkheden om een inkomen te genereren kan vergroten Dat is positief volgens het Hof, maar vormt geen beletsel om een dag meer te gaan werken. De vrouw heeft geen stukken inzake de studiebelasting in het geding gebracht, terwijl dit wel op haar weg had gelegen. De vrouw heeft niet aangetoond dat zij door deze studie genoodzaakt zou zijn haar betaalde arbeid te beperken tot 20 uur per week. Bovendien heeft de vrouw ook (in geval van een 28-urige werkweek) nog 3,5 dag per week over om aan haar studie te besteden. Gelet op het feit dat de vrouw nog een opleiding volgt, kan niet van haar worden verlangd dat zij meer dan 28 uur per week werkt. De vrouw dient in de gelegenheid te worden gesteld om haar opleiding af te ronden, hetgeen haar draagkracht in de toekomst alleen maar ten goede komt.
Dat de vrouw door meer te gaan werken minder aanspraak kan maken op toeslagen, is inherent aan de wijze waarop de overheid de toeslagen heeft geregeld en kan evenmin tot een ander oordeel van het Hof leiden. Het hof is wel van oordeel dat aan de vrouw enige tijd moet worden gegund om haar werkzaamheden verder uit te breiden naar een 28-urige werkweek. Om die reden houdt het hof voor het eerst met ingang van 1 september 2023 rekening met een hogere verdiencapaciteit van de vrouw.

Bij de nieuwe berekening op basis van een hoger inkomen, zal wel rekening moeten worden gehouden met de lagere toeslagen, zodat de draagkracht maar in beperkte mate toeneemt.

By l.scheepens September 10, 2025
wat als je afspraken maakt in een convenant en deze worden niet nagekomen?
By l.scheepens September 9, 2025
Zitten er ook nadelen aan mediation? Wie schakel je het beste in als je wilt scheiden? een echtscheidingsadvocaat of een mediator? Wat zijn de verschillen tussen een advocaat en een mediator en waar moet je op letten?
By l.scheepens September 5, 2025
Wat zijn de voordelen van mediation ten opzichte van de echtscheidingsprocedure bij de rechtbank?
By l.scheepens September 2, 2025
Een alsof-beding is een finaal verrekenbeding waarbij echtgenoten zich verplichten om bij einde huwelijk af te rekenen alsof ze in gemeenschap van goederen waren gehuwd. Het is een huwelijkse voorwaarde die ervoor zorgt dat partijen ieder recht hebben op de helft van de totale waarde van bezittingen minus schulden. Er vindt dus verrekening plaats, in geld. Geen verdeling. Er verandert niets in de eigendom. En toch kunnen ook hier vergoedingsrechten ontstaan, zoals die ook kunnen ontstaan wanneer partijen in gemeenschap van goederen zijn gehuwd. Bij de algehele gemeenschap kan er immers ook sprake zijn van privévermogen. Denk bijvoorbeeld aan de schenking onder uitsluitingsclausule die niet in de gemeenschap valt. Zo kwam het Gerechtshof Amsterdam op 4 februari 2025 tot het oordeel dat er een vergoedingsrecht ontstaat wanneer er investeringen zijn gedaan met vermogen dat niet tot het te verrekenen vermogen behoort. Partijen waren met elkaar gehuwd onder huwelijkse voorwaarden. Zij hadden iedere gemeenschap van goederen uitgesloten en overeengekomen dat zij bij het einde van hun huwelijk hun vermogens met elkaar zullen verrekenen alsof zij in de wettelijke algehele gemeenschap van goederen waren gehuwd. Een aantal goederen waren van die verrekening uitgesloten. De man wil een aantal investeringen die hij heeft gedaan in de woningen van partijen vergoed krijgen. Het hof overweegt dat de vraag of partijen door voor de verrekening aan te sluiten bij de regels voor de wettelijke gemeenschap van goederen, ook hebben beoogd vergoedingsrechten in het leven te roepen, een kwestie is van uitleg van de huwelijkse voorwaarden (Hoge Raad 7 oktober 2022, ECLI:NL:HR:2022:1389). In beide gevallen geldt echter dat pas een vergoedingsrecht ontstaat wanneer de investeringen die zijn gedaan, door hem zijn gedaan met vermogen dat niet tot het te verrekenen vermogen behoort. De man moet stellen en onderbouwen dat hij de investeringen uit niet te verrekenen vermogen heeft betaald. Omdat de man er niet in slaagt zijn investeringen aan te tonen worden de door hem verzochte vergoedingen door het hof afgewezen. De uitspraak van het hof Amsterdam is terug te vinden onder kenmerk: ECLI:NL:GHAMS:2025:496 .
By l.scheepens August 5, 2025
Gaat de alimentatie voor een minderjarig kind voor op de bijdrage voor een meerderjarig kind?
By l.scheepens August 2, 2025
de investering in de gemeenschappelijke woning halveert na het huwelijk in beperkte gemeenschap van goederen
By l.scheepens August 2, 2025
hypotheekrentevoordeel voor de één/nadeel voor de ander
By l.scheepens June 11, 2025
Hoe wordt de alimentatie vastgesteld voor een kind waarvan de ouders nooit hebben samengeleefd?
By l.scheepens April 21, 2025
Bestaat er een vergoedingsrecht als de gelden consumptief zijn besteed tijdens het huwelijk?
By l.scheepens March 12, 2025
hoe wordt de waarde van een woning bepaald bij echtscheiding
meer blogs