omgang/alimentatie en Kort Geding

l.scheepens • April 5, 2020

vaststellen omgang en alimentatie in kort geding mogelijk?


De vaststelling van een zorgregeling (omgang) betreft een Boek 1 BW-procedure. Deze moet bij verzoekschrift worden ingeleid, waarbij ook ruimte is om een minderjarige van 12 jaar of ouder te horen. In een kort geding kan wel nakoming van een zorg- of omgangsregeling worden gevorderd, maar in beginsel geen vaststelling daarvan. In uitzonderingsgevallen kan de voorzieningenrechter desalniettemin een van de ouders veroordelen om mee te werken aan contact met een minderjarige, omdat dit recht ook zonder overeengekomen of vastgestelde zorg- of omgangsregeling rechtstreeks uit de wet voortvloeit. Het is dan wel nodig dat een verzoekschriftprocedure niet kan worden afgewacht. Dit zal zich met name voordoen als een van partijen weigerachtig is aan het contact mee te werken of dit belet. Voorzieningenrechter Rechtbank Midden-Nederland 17 maart 2020, ECLI:NL:RBMNE:2020:973

Ook voor de vordering om een bijdrage vast te stellen in de kosten van de kinderen geldt dat op grond van HR 2 mei 2013 ( ECLI:NL:HR:2003:AF8125 ) voor een dergelijk verzoek een verzoekschriftprocedure moet worden gevolgd. Omdat de onderhoudsplicht van ouders uit de wet voortvloeit, kan de voorzieningenrechter in een kort geding een van de ouders wel, bij wijze van noodmaatregel, veroordelen tot een voorschot op te betalen kinderalimentatie. Ook hiervoor geldt dat daarvoor een zodanig spoedeisend belang moet zijn, dat een verzoekschriftprocedure niet kan worden afgewacht. In de verzoekschriftprocedure stelt de rechter de bijdrage doorgaans met terugwerkende kracht tot tenminste datum verzoekschrift vast zodat een spoedeisend belang niet zomaar wordt aangenomen.

Een kort geding (de naam zegt het al) leidt sneller tot een uitspraak (vonnis) dan een verzoekschriftprocedure (beschikking) maar is niet geschikt voor alle vorderingen/verzoeken. In ieder geval is er is wel spoedeisend belang nodig.


By l.scheepens September 10, 2025
wat als je afspraken maakt in een convenant en deze worden niet nagekomen?
By l.scheepens September 9, 2025
Zitten er ook nadelen aan mediation? Wie schakel je het beste in als je wilt scheiden? een echtscheidingsadvocaat of een mediator? Wat zijn de verschillen tussen een advocaat en een mediator en waar moet je op letten?
By l.scheepens September 5, 2025
Wat zijn de voordelen van mediation ten opzichte van de echtscheidingsprocedure bij de rechtbank?
By l.scheepens September 2, 2025
Een alsof-beding is een finaal verrekenbeding waarbij echtgenoten zich verplichten om bij einde huwelijk af te rekenen alsof ze in gemeenschap van goederen waren gehuwd. Het is een huwelijkse voorwaarde die ervoor zorgt dat partijen ieder recht hebben op de helft van de totale waarde van bezittingen minus schulden. Er vindt dus verrekening plaats, in geld. Geen verdeling. Er verandert niets in de eigendom. En toch kunnen ook hier vergoedingsrechten ontstaan, zoals die ook kunnen ontstaan wanneer partijen in gemeenschap van goederen zijn gehuwd. Bij de algehele gemeenschap kan er immers ook sprake zijn van privévermogen. Denk bijvoorbeeld aan de schenking onder uitsluitingsclausule die niet in de gemeenschap valt. Zo kwam het Gerechtshof Amsterdam op 4 februari 2025 tot het oordeel dat er een vergoedingsrecht ontstaat wanneer er investeringen zijn gedaan met vermogen dat niet tot het te verrekenen vermogen behoort. Partijen waren met elkaar gehuwd onder huwelijkse voorwaarden. Zij hadden iedere gemeenschap van goederen uitgesloten en overeengekomen dat zij bij het einde van hun huwelijk hun vermogens met elkaar zullen verrekenen alsof zij in de wettelijke algehele gemeenschap van goederen waren gehuwd. Een aantal goederen waren van die verrekening uitgesloten. De man wil een aantal investeringen die hij heeft gedaan in de woningen van partijen vergoed krijgen. Het hof overweegt dat de vraag of partijen door voor de verrekening aan te sluiten bij de regels voor de wettelijke gemeenschap van goederen, ook hebben beoogd vergoedingsrechten in het leven te roepen, een kwestie is van uitleg van de huwelijkse voorwaarden (Hoge Raad 7 oktober 2022, ECLI:NL:HR:2022:1389). In beide gevallen geldt echter dat pas een vergoedingsrecht ontstaat wanneer de investeringen die zijn gedaan, door hem zijn gedaan met vermogen dat niet tot het te verrekenen vermogen behoort. De man moet stellen en onderbouwen dat hij de investeringen uit niet te verrekenen vermogen heeft betaald. Omdat de man er niet in slaagt zijn investeringen aan te tonen worden de door hem verzochte vergoedingen door het hof afgewezen. De uitspraak van het hof Amsterdam is terug te vinden onder kenmerk: ECLI:NL:GHAMS:2025:496 .
By l.scheepens August 5, 2025
Gaat de alimentatie voor een minderjarig kind voor op de bijdrage voor een meerderjarig kind?
By l.scheepens August 2, 2025
de investering in de gemeenschappelijke woning halveert na het huwelijk in beperkte gemeenschap van goederen
By l.scheepens August 2, 2025
kinderalimentatie op basis van een redelijkerwijs te verdienen inkomen
By l.scheepens August 2, 2025
hypotheekrentevoordeel voor de één/nadeel voor de ander
By l.scheepens June 11, 2025
Hoe wordt de alimentatie vastgesteld voor een kind waarvan de ouders nooit hebben samengeleefd?
By l.scheepens April 21, 2025
Bestaat er een vergoedingsrecht als de gelden consumptief zijn besteed tijdens het huwelijk?
meer blogs