Dwangsom en andere dwangmiddelen

l.scheepens • April 16, 2020

nakoming omgang afdwingen

Wanneer de verdeling van de zorg voor de kinderen is vastgelegd in een ouderschapsplan, dat al dan niet is bekrachtigd door de rechtbank, is het aan de ouders om deze omgangsregeling ook uit te voeren. Maar wat als één van de ouders zich niet houdt aan de regeling?

Het is mogelijk om in kort geding nakoming te vorderen van de omgangsregeling met de oplegging van een dwangsom voor elke keer dat de regeling niet wordt nagekomen. Maar ook een dwangsom garandeert niet dat de regeling wordt nagekomen wordt door de ouder. Als die ouder zich ervan bewust is dat hij/zij geen verhaal biedt heeft het opleggen van een dwangsom mogelijk geen effect. Een dwangsom is vanuit de kinderen gezien geen ideaal middel omdat het de financiën van de verzorgende ouder kan raken, als hij/zij de omgangsregeling niet nakomt, maar het kan een middel om aan te sporen deze wel na te komen. De niet-verzorgende ouder kan ook een dwangsom opgelegd krijgen om de omgangsregeling na te komen, maar dan komt vaak de vraag naar voren of het wel in het belang van de kinderen is om omgang te hebben met een ouder die eigenlijk niet wil.

Een ander dwangmiddel is het inroepen van de hulp van de politie of de deurwaarder (ook wel de sterke arm genoemd). Rechters zijn terughoudend om aan hun uitspraak te verbinden dat deze kan worden afgedwongen met behulp van de sterke arm omdat het heel traumatisch kan zijn voor de kinderen indien de politie eraan te pas moet komen om bijvoorbeeld te zorgen voor de overdracht.

Een verdergaande sanctie die gevorderd kan worden bij het niet nakomen van omgang is lijfsdwang (gijzeling). Bij dit laatste middel wordt de weigerachtige ouder een tijdje gevangengenomen. Ook hiermee is men terughoudend omdat het belang van het kind niet gediend is met opsluiting van de verzorgende ouder. Het is geheel afhankelijk van de situatie of lijfsdwang kan worden ingezet als dwangmiddel.

De rechter kan ook beslissen de hoofdverblijfplaats van de kinderen te wijzigen. Dat moet dan wel op verzoek van de ouder die verstoken blijft van contact met zijn/haar kinderen vanwege de weigerachtige houding van de verzorgende ouder en kan niet in kort geding.

Een ondertoezichtstelling omdat door het ontbreken van omgang gevaar dreigt voor de ontwikkeling van de kinderen, behoort ook tot de mogelijkheden om de omgangsregeling met hulp en inzet van de gezinsvoogd vlot te trekken. Uit de uitspraak van de Hoge Raad van 19 februari 2016 (ECLI:NL:HR:2016:295)volgt dat een OTS in het kader van het tot stand brengen van een omgangsregeling echter alleen als ultimum remedium kan worden opgelegd. Er zal sprake moeten zijn van een ernstige bedreiging in de ontwikkeling van de minderjarige en van het falen van minder ingrijpende middelen.

In een uitspraak van de rechtbank Den Haag (ECLI:NL:RBDHA:2016:4453)is een opmerkelijke sanctie opgelegd. In deze zaak frustreerde de moeder op alle mogelijke manieren de omgang tussen de vader en zijn twee minderjarige kinderen. Eerder waren al dwangsommen opgelegd en ook de sterke arm (politie) was er al aan te pas gekomen, maar dit had niet het beoogde effect. De rechtbank oordeelde als volgt: ‘Nu door de vader onbetwist is gesteld dat de sterke arm en dwangsommen die reeds zijn opgelegd in deze procedure niet het beoogde effect sorteren en de dwangsommen de vader in feite alleen op (executie)kosten jagen, terwijl door de vader zelf ook wordt ingezien dat een gijzeling van de moeder niet in het belang van de minderjarigen is doordat zij dan van huis is en/of haar baan (…) kwijtraakt, acht de rechtbank de opschorting van de kinderalimentatie thans het meest aangewezen dwangmiddel, ondanks de eventuele nadelige gevolgen daarvan voor de kinderen.’


By l.scheepens September 10, 2025
wat als je afspraken maakt in een convenant en deze worden niet nagekomen?
By l.scheepens September 9, 2025
Zitten er ook nadelen aan mediation? Wie schakel je het beste in als je wilt scheiden? een echtscheidingsadvocaat of een mediator? Wat zijn de verschillen tussen een advocaat en een mediator en waar moet je op letten?
By l.scheepens September 5, 2025
Wat zijn de voordelen van mediation ten opzichte van de echtscheidingsprocedure bij de rechtbank?
By l.scheepens September 2, 2025
Een alsof-beding is een finaal verrekenbeding waarbij echtgenoten zich verplichten om bij einde huwelijk af te rekenen alsof ze in gemeenschap van goederen waren gehuwd. Het is een huwelijkse voorwaarde die ervoor zorgt dat partijen ieder recht hebben op de helft van de totale waarde van bezittingen minus schulden. Er vindt dus verrekening plaats, in geld. Geen verdeling. Er verandert niets in de eigendom. En toch kunnen ook hier vergoedingsrechten ontstaan, zoals die ook kunnen ontstaan wanneer partijen in gemeenschap van goederen zijn gehuwd. Bij de algehele gemeenschap kan er immers ook sprake zijn van privévermogen. Denk bijvoorbeeld aan de schenking onder uitsluitingsclausule die niet in de gemeenschap valt. Zo kwam het Gerechtshof Amsterdam op 4 februari 2025 tot het oordeel dat er een vergoedingsrecht ontstaat wanneer er investeringen zijn gedaan met vermogen dat niet tot het te verrekenen vermogen behoort. Partijen waren met elkaar gehuwd onder huwelijkse voorwaarden. Zij hadden iedere gemeenschap van goederen uitgesloten en overeengekomen dat zij bij het einde van hun huwelijk hun vermogens met elkaar zullen verrekenen alsof zij in de wettelijke algehele gemeenschap van goederen waren gehuwd. Een aantal goederen waren van die verrekening uitgesloten. De man wil een aantal investeringen die hij heeft gedaan in de woningen van partijen vergoed krijgen. Het hof overweegt dat de vraag of partijen door voor de verrekening aan te sluiten bij de regels voor de wettelijke gemeenschap van goederen, ook hebben beoogd vergoedingsrechten in het leven te roepen, een kwestie is van uitleg van de huwelijkse voorwaarden (Hoge Raad 7 oktober 2022, ECLI:NL:HR:2022:1389). In beide gevallen geldt echter dat pas een vergoedingsrecht ontstaat wanneer de investeringen die zijn gedaan, door hem zijn gedaan met vermogen dat niet tot het te verrekenen vermogen behoort. De man moet stellen en onderbouwen dat hij de investeringen uit niet te verrekenen vermogen heeft betaald. Omdat de man er niet in slaagt zijn investeringen aan te tonen worden de door hem verzochte vergoedingen door het hof afgewezen. De uitspraak van het hof Amsterdam is terug te vinden onder kenmerk: ECLI:NL:GHAMS:2025:496 .
By l.scheepens August 5, 2025
Gaat de alimentatie voor een minderjarig kind voor op de bijdrage voor een meerderjarig kind?
By l.scheepens August 2, 2025
de investering in de gemeenschappelijke woning halveert na het huwelijk in beperkte gemeenschap van goederen
By l.scheepens August 2, 2025
kinderalimentatie op basis van een redelijkerwijs te verdienen inkomen
By l.scheepens August 2, 2025
hypotheekrentevoordeel voor de één/nadeel voor de ander
By l.scheepens June 11, 2025
Hoe wordt de alimentatie vastgesteld voor een kind waarvan de ouders nooit hebben samengeleefd?
By l.scheepens April 21, 2025
Bestaat er een vergoedingsrecht als de gelden consumptief zijn besteed tijdens het huwelijk?
meer blogs